worstpaté
Worst is, van oorsprong, een restverwerkingsproduct. Dat weet u. Voor paté geldt hetzelfde. Dus worstpaté moet wel zo’n beetje de biobak van de vleesverwerking zijn. Dat wekt verwachtingen. Aan de slag!
Eigenlijk begon het anders. Niet met meneer’s biobakbehoefte maar met een stukje buikspek. Schoon, fris buikspek. Een restje, truedat, maar wel een mooi gevacumeerd en ingevroren restje. Dat lag er al een maand, te wachten op inspiratie. Die inspiratie kwam afgelopen maandag, met het weer. Paté! Een klassiek herfstproduct.
Bij de slager haalde meneer zijn lever. Een paté bestaat voor ongeveer een derde vlees, een derde vet en een derde lever. Maar minder dan zes derde lever wilde de slager hem niet verkopen. Ingevroren nog wel. Volgende keer gaat meneer weer gewoon naar @worstmaker. Er was dus meer vlees nodig om al die lever te verpatéiëren. Gelukkig trof meneer in de vriezer een mortadella. Ooit gemaakt in een serie van zes, die na het aansnijden allemaal even laf gekruid bleken. Verder vond hij nog een restje worstvlees, zonder velletje. Vermoedelijk uit het dode deel van zijn Alfred gepeuterd. Dat klinkt aanzienlijk minder ziek als je weet wie, of wat, Alfred is.
Meneer had dus lever, buikspek, een worst en worstvlees. Hop, in de gehaktmolen ermee. Lekker grof. Verder gooide hij erdoor:
- 2,5 gram piment
- 4 gram groene peper
- nitrietzout
- een ui
- een flinke scheut korenwijn
- een teentje knoflook
- een hand peterselie
Het zout vereiste nog even wat rekenwerk. Immers, een aanzienlijk deel van de ingrediënten was al gekruid. En sommige daarvan weer te laf . Mocht u thuis nog eens mortadelleloze paté willen maken dan is 18 gram zout per kilo (dus 22 gram voor deze hoeveelheid) een goede richtlijn. Gebruik bij voorkeur nitrietzout tegen het groen kleuren van de lever.
En zowaar. Het lukte. Een fijne worstpaté, geheel vrij van lafheid of biobakassociaties. En van herkenbare worst. Ergens is dat dan ook wel weer een beetje jammer. Volgende keer stopt meneer er misschien een intact braadworstje in. Voor de gezelligheid. Maar nu eerst na de worstpaté eens patéworst proberen. Oh wacht, dat bestaat al. Dat heet leverworst.