Gerookte worst – na twee weken drogen
Twee weken geleden rapporteerde meneer Wateetons over zijn pogingen zijn zelfgemaakte worst te roken. Een deel at hij direct op (lekker!) en een deel hing hij in een koele kamer (10-15 graden) te drogen. 14 dagen nadien was meneer weer op zijn buitenverblijf om te zien wat er van het drogen terecht was gekomen.
Welnu,
1. De hele kamer was vergeven van een rookworstgeur. Dat wordt schilderen.
2. De worst was keurig gedroogd, geen spoor van schimmel of anderszins. De kleur was diepbruin en de geur was verpletterend. Commerciele rookworst tot de vierde macht. Geweldig.
3. De smaak dan. Niet alleen was de rook sterk aanwezig in de geur, qua smaak zat het ook wel snor. Een enkeling zou het misschien zelfs te sterk kunnen vinden. Laten we ze mietjes noemen. Het was een geweldig krachtig worstje. Perfect ook wat betreft zoutgehalte en kruiderij.
4. De consistentie. De worst is in een relatief korte tijd flink ingedroogd, daar zal het roken ook aan bijgedragen hebben. De salami’s in mijn koelkast zijn na drie weken nog niet zo ver. Hoewel de worst uit vijftig procent speklap en vijftig procent hamlap bestaat, dus naar ik schat dertig to veertig procent vet bevat, miste ik toch een beetje vet. Hij zou iets sappiger hebben gemogen. De eerstvolgende keer (die al achter mij ligt) gaat er meer vet doorheen. Eens even kijken waar dat op uitkomt.
Op de foto slechts een klein restantje, de rest is al op.